Naast de mogelijkheid om mee te vieren met de online viering die uitgezonden wordt vanuit de kathedraal van Utrecht (zie hiervoor de landelijke site: https://oudkatholiek.nl/vieren/online-vieren/) wil ik als rector van onze statie ook een gedachte en gebed meegeven als bemoediging en verbinding met elkaar nu wij op fysieke afstand van elkaar zijn. De overweging is geschreven door Herman Ueffing, lector in de parochie Eindhoven.
U kunt mij ook altijd bellen wanneer u behoefte hebt aan een gesprek. Ik ben daarvoor bereikbaar. (telefoon: 06 250 168 39 of via email: wim.vandenberg@okkn.nl)
Gedachtenis
Afgelopen week (10 maart) is het 2 jaar geleden dat wij afscheid moesten nemen van priester Remco Robinson, rector van onze statie. Wij noemen zijn naam en blijven hem gedenken.
Ik wens u een goede zondag en met hartelijke groet,
rector Wim van den Berg
Evangelie
(Johannes 6, 4–15 NBV)
Het was kort voor het Joodse pesachfeest. Toen Jezus om zich heen keek en zag dat die menigte naar hem toe kwam, vroeg hij aan Filippus: ‘Waar kunnen we brood kopen om deze mensen te eten te geven?’ Hij vroeg dat om Filippus op de proef te stellen, want zelf wist hij al wat hij zou gaan doen. Filippus antwoordde: ‘Zelfs tweehonderd denarie zou niet voldoende zijn om iedereen een klein stukje brood te geven.’
Een van de leerlingen, Andreas, de broer van Simon Petrus, zei: ‘Er is hier wel een jongen met vijf gerstebroden en twee vissen–maar wat hebben we daaraan voor zoveel mensen?’ Jezus zei: ‘Laat iedereen gaan zitten.’ Er was daar veel gras, en ze gingen zitten; er waren ongeveer vijfduizend mannen. Jezus nam de broden, sprak het dankgebed uit en verdeelde het brood onder de mensen die er zaten. Hij gaf hun ook vis, zoveel als ze wilden.
Toen iedereen volop gegeten had zei hij tegen zijn leerlingen: ‘Verzamel nu de overgebleven stukken brood, zodat er niets verloren gaat.’ Dat deden ze en ze vulden twaalf manden met wat overgebleven was van de vijf gerstebroden die men had gegeten.
Toen de mensen het wonderteken dat hij gedaan had zagen, zeiden ze: ‘Hij moet wel de profeet zijn die in de wereld zou komen.’ Jezus begreep dat ze hem wilden dwingen om mee te gaan en hem dan tot koning zouden uitroepen. Daarom trok hij zich terug op de berg, alleen.
Overweging
Ondanks dat er nog veel verbeterd moet worden – en daaraan kan bijgedragen worden door een stem uit te brengen op de partij waarvan ik vind dat die zich hard wil maken voor het welzijn van allen in ons land – kan gezegd worden dat wij leven in een rijk land, waar niemand honger hoeft te lijden. Al zijn er genoeg tegenstrijdige beelden: er is veel verkwisting van voedsel én er zijn veel voedselbanken. Enerzijds is er overvloed, méér dan genoeg, anderzijds is er zorg om mensen die niet of nauwelijks rond kunnen komen. De opdracht voor een menswaardige samenleving is – zeggen politici – wat de aarde ons biedt aan voedsel, werk en ontspanning, om dat alles (eerlijk!) met elkaar te delen: het ‘verdelingsvraagstuk’ genoemd. – Hoe moeilijk is dat in deze tijd van corona, de anderhalvemetersamenleving enz., enz.
Het is die instelling van samen delen dat de kern uitmaakt van de boodschap van Jezus Messias. “Wie deelt, vermenigvuldigt”, “wie deelt, die houdt over”. Een mens leeft niet van brood alleen, “wie geeft, ontvangt”, wie zijn leven prijsgeeft, weggeeft als voedsel voor een ander, die ontvangt juist Leven”…
Johannes, de evangelist, verwijst in de gebeurtenis van het uitdelen van de 7 broden en 2 vissen naar Jezus als de tweede Elisa (2 Koningen 4, 42–44), die ook gerstebroden uitdeelde en overhield en ook als de tweede Mozes die zoals Jezus de berg opging om te horen waar het in het leven om moet gaan. Mozes werd ook geconfronteerd met tekort, met de honger van het volk in de woestijn en ook hij vroeg “waar vlees en brood vandaan halen?” en er kwamen kwartels en manna, genoeg om een ieder te voeden. De symboliek van de getallen helpt ook om te ervaren dat deze gebeurtenis niet op zichzelf staat maar verbonden is met de heilsgeschiedenis van Gods volk onderweg: 5 broden en 2 vissen, denk aan de 5 boeken van de Thora en de 2 staat voor de Profeten (Nebeïem) en de Geschriften (Ketoebiem). ‘Vis’ is in het Grieks ichtus en de letters daarvan staan voor Jezus (I) Christus (ch), Gods (theos) Zoon (h-uios) Redder (sooter). En de 12 manden met overgebleven brokken brood verwijzen ook naar de 12 stammen van Israël en de 12 apostelen. Via de 12 stammen worden alle volkeren gevoed en wel door Jezus’ volgelingen….
Voor Johannes is Jezus zélf het brood des levens. Jezus nam de 7 broden, dankte (!) en deelde uit…Hij zélf gaf zich als brood te eten, tot voedsel om van te leven. Al wie daarvan neemt en eet, wordt vol van zijn Geest, vol van Jezus Messisas, de Gezalfde, niet om gezalfd te worden tot koning maar tot dienstbaarheid. In Hem gaan de Thora en de Profeten in vervulling, alsook wat in psalm 23 geschreven staat over de grazige weiden, waar de evangelielezing naar verwijst: ‘Er was daar veel gras’…! – namelijk: “het zal ons aan niets ontbreken” want de Eeuwige, JHWH, zal er zijn, “al moet ik door het duister van de dood, ik ben niet angstig, u bent toch bij mij, onder uw hoede durf ik het aan”…
Wanneer wij in het Onze Vader bidden: “Geef ons heden ons dagelijks brood”, mogen wij denken aan het brood dat Jezus ons als zichzelf aan ons te eten geef; dat Hij ‘het Brood des levens’ is. Dat wij samen als christengeloofsgemeenschap zijn mystieke Lichaam vormen en ieder van ons deel neemt aan zijn zelfgave ten dienste van het welzijn en het geluk van een ieder met wie wij van doen hebben.
Zo zijn wij disgenoten aan de maaltijd van de Heer en deelgenoten in ons gezamenlijk werken aan de komst van Gods Rijk onder ons: een wereld van mededogen, vergeving, verzoening, van solidariteit en compassie. Op de vraag: ‘wat is de zin van mijn leven’ kan dan het antwoord zijn: ‘dat ik wat voor een ander kan betekenen’, door mijn brood te delen, en in de hoop dat een ander ook deelgenoot van mij wil zijn. En is dat niet het wonder van de broodvermenigvuldiging?
Gebed van de dag
Trouwe God, groot zijn uw daden
van liefde en gerechtigheid
voor allen die naar U toekomen.
Verzadig ons leven met uw Woord van bevrijding
zoals uw Zoon, onderweg naar het Paasfeest,
de vreugde heeft doen proeven
van uw toekomst en vrede
waarvan niets verloren gaat,
in deze veertig dagen en heel ons leven.
Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon,
die met U in de eenheid van de heilige Geest
leeft en regeert in de eeuwen der eeuwen.
Collecten
Eigen gemeenschap
Wij nodigen u ook uit om uw gaven voor de collecte ten bate van onze eigen parochie over te maken op rekeningnummer NL60 ABNA 0452370620 t.n.v. Oud-Katholiek Zeeland onder vermelding van ‘collecte eigen kerk’.
Vastenactie
Tevens kunt u uw gaven geven in deze veertigdagentijd voor de vastenactie. Dit jaar is de opbrengst voor de Stichting Present. In de nieuwsbrief van deze maand kunt u hier meer over lezen. U kunt u gaven overmaken eveneens op rekeningnummer NL60 ABNA 0452370620 t.n.v. Oud-Katholiek Zeeland onder vermelding van ‘Vastenactie’.
Dank voor al uw gaven.